Alle vrouwen in Nederland tussen de 50 en 75 jaar krijgen eens per 2 jaar een uitnodiging voor het bevolkingsonderzoek borstkanker. Dit omdat de kans op borstkanker zich na uw 50ste vergroot.
Jaarlijks wordt er bij 16.000 mensen borstkanker vastgesteld (incl. DCIS, DCIS is een voorstadium van borstkanker), waarvan 87 mannen.
Hiervan is 58% tussen de 50 en 75 jaar. 19% van de patienten is ouder dan 75 jaar.
Bij 20% van alle borstkankerpatienten kom het voor in de familie en bij 5 tot 8% is er sprake van erfelijkheid.
Tijdens het bevolkingsonderzoek worden er jaarlijks ruim 6100 borstkankers opgespoord. Hierdoor sterven er jaarlijks 775 vrouwen minder aan de ziekte.
Hoe ontdekt u het?
Hoe vroeger u borstkanker ontdekt, hoe groter de kans is op genezing. Daarom is het belangrijk om u borsten regelmatig te onderzoeken op afwijkingen. Naast knobbeltjes zijn er nog meer verschillende symptomen die in de richting van borstkanker kunnen wijzen.
Verandering van tepels, teruggetrokken of lekkende tepels terwijl u daar eerder nooit last van heeft gehad, schilferige tepels, kuiltjes of plooien in de huid van uw borst of vreemd aanvoelende zwellingen in uw borst of oksel.
Kijken
(doe dit bij goed daglicht en waar u zich prettig voelt)
Ga voor een spiegel en laat uw armen ontspannen naast uw lichaam hangen. neem rustig de tijd om eens naar uw borsten te kijken. Meestal zijn uw borsten niet over groot dus kijk naar de vorm. Let op de huid (uitslag, roodheid, deukjes of kuiltjes, sinaasappelhuid, knobbeltjes of plooien). Let op uw tepels (kleur, intrekking, vochtig of droog, korstjes of eczeem). Leg uw handen daarna in uw nek en kijk opnieuw of u een verandering aan uw borsten ontdekt (in de vorm, de huid of de tepels).
Voelen
(Doe dit onderzoek bijvoorbeeld tijdens het douchen. Een warme douche kan extra ontspanning geven. Als u het onderzoek liever liggend doet, kan dat ook.)
Leg uw linkerhand in uw nek en leg de rechterhand op uw linkerborst.
Onderzoek uw borst in vier delen (als bij een ronde taart die in vieren is gedeeld). Bijvoorbeeld eerst het bovenste en het onderste deel aan de kant van uw borstbeen, daarna het onderste en het bovenste deel aan de kant van uw arm.
Maak met een vlakke hand draaiende bewegingen en ga van de buitenrand van uw borst naar de tepel. Controleer ook de tepel met een draaiende beweging en trek vervolgens de tepel even wat op van de borst. U moet uw tepels gemakkelijk een beetje naar voren kunnen trekken, zonder dat deze strak vast blijven zitten op de ondergrond.
Als u vooroverbuigt, kunt u de borst nog eens tussen beide handen aftasten.
Voel ook in uw oksel en controleer de huidplooi die van de oksel naar de borst loopt.
Herhaal dit proces ook bij uw andere borst.
In uw borsten zitten altijd onregelmatigheden. Dit zijn de vele (melk) kliertjes waar bindweefsel omheen zit. Vertrouwt u het niet, ga dan zo snel mogelijk naar uw huisarts.